Een vriend van mij heeft zangles gedaan bij Mia Besseling in Maastricht. Zij is een internationaal bekende pedagoge. Ondanks dat zang zijn hoofdvak was, kreeg hij per week slechts 1,5 effectieve zangles.
Voor een toekomstig proffesional veel en veel te weinig.
Mijn jongste dochter studeerde een aantal jaren in Belgie aan de muziekacademie. Haar instrument was dwarsfluit. Zij koos ervoor om een andere HBO opleiding te gaan doen waar meer perspectief in zit. Haar fluit wilde zij echter niet aan de wilgen hangen. Momenteel heeft zijn een prive leraar die tevens solist is in de KMK. Uitstekend musicus overigens. Het kind kan momenteel zo goed fluiten dat afgestudeerde musici het nakijken hebben. Zij kan noten lezen als de beste. Ritmiek en dynamiek zijn prima ontwikkeld door de lessen in Belgie.
Dit alles in ogenschouw nemende verwondert het mij nog dat de orkesten in Nederland nog op een hoogstaand niveau kunnen meespelen.
Het Concertgebouworkest speelt toch al decennialang op wereldniveau mee. Maar ook andere bekende vocalisten en solisten kunnen internationaal nog goed mee. Daar staat wel tegenover dat de meesten zich verder bekwamen in het buitenland.
Komen ze hier terug, dan blijkt dat van een carriere hier in Nederland nauwelijks sprake kan zijn door de zeer beperkte mogelijkheden die er zijn. Wat te denken van een zangeres als Angelina Ruzzafante die hier nauwelijks bekend is. Toch won zij o.a. het vocalisten concours in Den Bosch en werd 4e op het Pavarotti concours. Zij zong in Wenen, Dusseldorf, Mexico.
John Brocheler is ook zo'n figuur. Een bariton van jewelste. In Nederland nauwelijks bekend. Nu de laatste jaren toen hij aangaf het rustiger aan te willen doen en hij een kerstconcert heeft gezongen voor de televisie, breekt zijn naam door. Toch is John een bariton die jaren in de Scala heeft gezongen, die een aantal jarten in de Metropolitan heeft gezongen. Avant garde was in de 60er jaren in Nederland een vies woord. Maar hij zong het in New York in die jaren.
Probleem is dat in Nederland aan de top zit en men is niet bereid daar een halve stap voor terug te doen om aanstormend talent een kans te geven.
Als je naar de amateurmuziek kijkt zie je hetzelfde. Dirigenten van koren of muziekverenigingen zullen niet of nauwelijks met elkaar gaan praten. Men geeft liever op elkaar af. Haat en nijd regeert. Ik loop zelf al een 30 jaar mee in het zangwereldje, het is overal het zelfde.
Sinds een aantal jaren werk ik als repetiter en studeer wat zaken in als hulp van de dirigent. Je komt in kontakt met dirigenten op cursussen en workshops. Vreselijk wat een opgefokte eigenheimenrs. Zij prediken vaak voor eigen parochie en zijn niet eens bereid te luisteren naar hun collega's.
Of dat nu in Nederland is of in Duitsland. Het is om het even.
Groeten
Math